Onrechtmatig bewijs in het bestuursrecht. Het komt niet vaak voor dat wordt geoordeeld dat een bestuursorgaan bewijs op een onrechtmatige wijze heeft verkregen en dit bewijs vervolgens ook wordt uitgesloten. Toch is de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland in de uitspraak van 25 juni 2025 van oordeel dat hiervan sprake is en wordt een woningsluiting van de burgemeester van Zaanstad geschorst.
Wat was er aan de hand? Een bijstandsgerechtigde inwoner van Zaanstad zou zich volgens een MMA-melding bezig houden met handel in drugs. Toezichthouders van de gemeente besluiten hierop een huisbezoek af te leggen in het kader van een controle op de rechtmatigheid van de bijstandsuitkering. Als reden voor het huisbezoek wordt voorafgaand aan het binnentreden van de woning ook uitsluitend aangegeven dat sprake is van een controle op de woon- en leefsituatie. Na binnentreden van de woning zijn de toezichthouders nog geen twee stappen in de woning als zij al drugs aantreffen. Het vervolg laat zich raden. De woning wordt op grond van artikel 13b van de Opiumwet gesloten en de bijstandsuitkering wordt geblokkeerd.
De voorzieningenrechter komt tot het oordeel dat de toestemming voor het huisbezoek niet is gegeven op basis van ‘informed consent’. Zowel uit de rapportage als het sluitingsbesluit volgt dat de reden van het huisbezoek namelijk (primair) de verdenking van handel in drugs was. Zowel voorafgaand als tijdens het huisbezoek is dit door de toezichthouders niet gemeld aan de bewoner of is het formulier informed consent aangepast, zodat volgens de voorzieningenrechter moet worden getwijfeld aan de rechtmatigheid van het huisbezoek. Ook is het de vraag of een enkele MMA-melding voldoende was om te twijfelen aan de woon- en leefsituatie en of de wel gemelde redelijke grond voor het huisbezoek dus voldoende steun vond in het dossier. Kort en goed oordeelt de voorzieningenrechter dat naar zijn voorlopig oordeel sprake is van onrechtmatig verkregen bewijs.
Omdat het verder gaat om de inbreuk op een grondrecht – het huisrecht – en het huisbezoek lijkt te zijn verkleurd naar een strafrechtelijk onderzoek door de toezichthouders op het moment dat zij eenmaal binnen waren, sluit de voorzieningenrechter de bevindingen van het huisbezoek uit. De voorzieningenrechter gebruikt daarbij stevige bewoordingen, en stelt dat sprake lijkt te zijn van een bewuste keuze om het eigenlijke doel van het huisbezoek niet te melden. Mede omdat een redelijke grond ontbreekt, duidt dit volgens de voorzieningenrechter op détournement de pouvoir en dat is niet toegestaan. Alhoewel deze uitspraak alleen ziet op de woningsluiting, valt niet uit te sluiten dat de blokkering van de bijstandsuitkering hetzelfde lot treft.
Of deze gebreken nog kunnen worden hersteld in bezwaar is de vraag. De uitspraak van de voorzieningenrechter laat weinig ruimte en de wijze waarop het bewijs is verkregen kan niet (eenvoudig) worden hersteld in bezwaar.