Niet de titel van een bestemming is leidend voor het antwoord op de vraag of sprake is van strijd met een bestemmingsplan, maar wel de op de verbeelding aangegeven bestemming en de bijbehorende planregel. En vanwege de rechtszekerheid dient een planregel letterlijk te worden uitgelegd.
Omdat in een bestemmingsplan van de Gemeente Midden-Drenthe wel was bepaald wat onder recreatiewoning moet worden verstaan, maar niet was bepaald dat deze woningen (uitsluitend) voor recreatieve doeleinden mochten worden gebruikt, kon door het college niet op grond van strijd met het bestemmingsplan handhavend worden opgetreden tegen de huisvesting van arbeidsmigranten in die woningen. Een door het college opgelegde preventieve last onder dwangsom die volgens het college verbeurd was kon de toets der kritiek van de Raad van State dan ook niet doorstaan, zo volgt uit de uitspraak van 9 juli 2025.
Een reparatiepoging van het college in hoger beroep, door te stellen dat de in de woningen aangetroffen personen geen huishouden of een daarmee gelijk te stellen groep van personen vormden, haalde het ook niet. Een feitelijke vaststelling van deze situatie ontbrak namelijk. Er waren geen controlerapporten of andere stukken aanwezig ter onderbouwing van het standpunt. Een nieuwe controle zou gelet op het tijdsverloop verder niet zinvol zijn, omdat daarmee niet zou kunnen worden vastgesteld wat de feitelijke situatie was ten tijde van de handhavingsbesluiten.