Welkom op onze nieuwsbriefpagina. Regelmatig publiceren wij hier de highlights op het gebied van het bestuursrecht, het strafrecht, het boete- en sanctierecht en het (overheids)aansprakelijkheidsrecht. Hierbij ligt de nadruk op actuele ontwikkelingen in wetgeving en jurisprudentie en actualiteiten gerelateerd aan ons kantoor.
Nieuwsbrief juli/augustus 2020
Inhoud
1. Hoe ver reikt de toezichthoudende taak van medewerkers van dekens? Ver, zo blijkt uit een beslissing van 24 augustus 2020 van het Hof van Discipline – Samantha Bilgi & Laura Hinrichs
2. LinkedIn heeft het volgende bericht inzake de noodverordeningen van Robert Crince le Roy uitgelicht
3. Op1: Advocaat Frank van Ardenne over minister Grapperhaus: ‘Hoe kan een aanvoerder zo de regels negeren en verwachten dat zijn spelers ze wel naleven?’
4. Op1: Xander van der Wulp en Frank van Ardenne over de positie van minister Ferd Grapperhaus
5. Mr.: Advocaten schrijven Grapperhaus: generaal pardon coronaboetes
6. Telegraaf: Corona-overtreders vragen Grapperhaus om kwijtschelden boete
7. AD: Verzoek van advocaat aan minister: Verscheur de ‘gebakjesboete’
8. Verzoek aan minister Grapperhaus om gebruik te maken van bijzondere bevoegdheid in corona gerelateerde boetezaken – Frank van Ardenne
9. AD: Rotterdamse advocaat twijfelt of notoire mondkapjesweigeraars wel boete kunnen krijgen
10. Remko Wijling via RTV Rijnmond over mondkapjesplicht
11. Mondkapjesverplichting – Remko Wijling
12. Mondkapjes ook wettelijk gedragen? – Remko Wijling
13. Detailhandel Nederland publiceert FAQ inzake de coronamaatregelen
14. Per gemeente bestaan bij de handhaving van overtreden van de corona-noodverordeningen grote verschillen – Remko Wijling
15. Gelderlander: Burgemeesters worstelen met lachgas: ‘Een bredere aanpak is nu nodig’ – Remko Wijling
Hoe ver reikt de toezichthoudende taak van medewerkers van dekens? Ver, zo blijkt uit een beslissing van 24 augustus 2020 van het Hof van Discipline – Samantha Bilgi & Laura Hinrichs
Relevantie voor de praktijk: Het Hof van Discipline verschaft duidelijkheid over de reikwijdte van de toezichthoudende taak van de medewerkers van dekens en wat in het kader hiervan is toegestaan. Tussen de verschillende arrondissementen staat het deze medewerkers vrij om in het kader van hun toezichthoudende taak gevoelige informatie te delen over een advocaat, ook als hierin gegevens van cliënten van die advocaat staan. Hierbij is het van belang dat de ontvanger van deze informatie eenzelfde soort geheimhouder is als de verzender: beiden hebben een afgeleid beroepsgeheim en beiden moeten zich dus houden aan de geheimhoudingsplicht.
Samenvatting
In het geding in kwestie heeft verweerster, werkzaam als advocaat/stafjurist bij het bureau van de Orde van Advocaten te Den Haag, vertrouwelijke stukken uit een klachtdossier over klager (voormalig advocaat) doorgestuurd naar haar collega-medewerker van het bureau van de Orde van Advocaten te Rotterdam. De klacht houdt in dat dit onverplicht en zonder wettelijke grondslag was gebeurd.
Het Hof stelt vast dat in de doorgestuurde stukken vertrouwelijke gegevens stonden van een of meer cliënten van klager. Het doorsturen van dergelijke stukken valt volgens het Hof deels onder het afgeleide beroepsgeheim van verweerster en deels onder de geheimhoudingsverplichting uit artikel 2:5 Awb. Dit artikel bevat een geheimhoudingsplicht die geldt in het kader van een toezichthoudende rol. Op grond van artikel 2:5 Awb volgt ten aanzien van deze plicht dat het openbaren van gegevens aan een geheimhouder is toegestaan “voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot mededeling verplicht of uit zijn taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit”.
Het Hof oordeelt dat de geheimhoudingsplicht uit de Awb niet is geschonden, omdat verweerster op grond van haar toezichthoudende taak gerechtigd was deze informatie door te sturen naar haar collega-toezichthouder in Rotterdam. Lokale dekens hebben immers een wettelijke verplichting om toezicht te houden op de advocatuur, waardoor het is toegestaan om tussen arrondissementen gegevens uit te wisselen over advocaten. Het was voor de taakvervulling van verweerster noodzakelijk om de informatie te delen. Alle dekens en hun toezichthoudende medewerkers dienen zich in dat verband wel te houden aan de geheimhoudingsplicht.
Aangezien de doorgestuurde gegevens naast informatie over een of meer cliënten ook informatie bevatten over klager zelf, was verweerster op grond van haar taak gerechtigd de gegevens door te sturen. Hierbij is het van belang dat de ontvanger van de gegevens eenzelfde soort geheimhouder is als verweerster: beiden hebben een afgeleid beroepsgeheim en beiden moeten zich dus houden aan de geheimhoudingsplicht. Door deze gelijke positie tussen verweerster en ontvanger, heeft verweerster ook niet over de band van het afgeleide beroepsgeheim haar geheimhoudingsplicht geschonden.
Tot slot merkt het Hof op dat het voorgaande tevens tot de conclusie leidt dat de gedraging van verweerster geen schending van de AVG oplevert, die aanleiding kan geven voor een tuchtrechtelijke verwijtbaarheid.
LinkedIn heeft het volgende bericht inzake de noodverordeningen van Robert Crince le Roy uitgelicht
Inmiddels zijn de noodverordeningen aangepast en in lijn gebracht met de maatregelen van het Kabinet ter bestrijding van het coronavirus. Twee nieuwe maatregelen zijn de registratieplicht voor de horeca van gasten en het verbod op introductieactiviteiten voor studenten.
De registratieplicht is in de noodverordening in Rotterdam in een verbodsbepaling vervat. Geen samenkomst, tenzij door de ondernemer wordt voldaan aan de registratieplicht.
Los van de ontbrekende definitie van een samenkomst is de verplichting vaag geformuleerd. Bezoekers moet worden gevraagd om hun contactgegevens. Hieruit valt af te leiden dat de ondernemer een register moet bijhouden waaruit blijkt dat die vraag is gesteld. Wat de consequentie is voor de ondernemer als een gast weigert zijn gegevens te delen, is onduidelijk. Gelet op de AVG is sprake van een toestemmingsvereiste. De ondernemer kan medewerking dus niet afdwingen en de vraag is of hij dan wel verantwoordelijk is voor hetgeen hij op grond van de noodverordening moet doen.
Het verbod op introductieactiviteiten raakt aan de vrijheid van vereniging. Net als bij de mondkapjesplicht, dient deze beperking in een formele wet te staan. Is verder nog sprake van een medische noodzaak tot een verbod bij adequate eigen maatregelen?
Bekijk dit artikel op LinkedIn.
Op1: Advocaat Frank van Ardenne over minister Grapperhaus: ‘Hoe kan een aanvoerder zo de regels negeren en verwachten dat zijn spelers ze wel naleven?’
Bekijk en lees de reactie van Frank van Ardenne in Op1 over het verzoek aan minister Grapperhaus om gebruik te maken van bijzondere bevoegdheid in corona gerelateerde boetezaken op 31 augustus jl. op op1npo.nl.
Op1: Xander van der Wulp en Frank van Ardenne over de positie van minister Ferd Grapperhaus
Dit artikel verscheen op 31 augustus jl. op op1npo.nl. Het hele interview kunt u terugkijken via deze link.
Mr.: Advocaten schrijven Grapperhaus: generaal pardon coronaboetes
Dit artikel verscheen op 31 augustus jl. op mr-online.nl.
Telegraaf: Corona-overtreders vragen Grapperhaus om kwijtschelden boete
Dit artikel verscheen op 31 augustus jl. op telegraaf.nl.
AD: Verzoek van advocaat aan minister: Verscheur de ‘gebakjesboete’
Lees de reactie van Frank van Ardenne in het AD over het verzoek aan minister Grapperhaus om gebruik te maken van bijzondere bevoegdheid in corona gerelateerde boetezaken op 28 augustus jl. op ad.nl.
Verzoek aan minister Grapperhaus om gebruik te maken van bijzondere bevoegdheid in corona gerelateerde boetezaken – Frank van Ardenne
Als u de link van dit artikel opent ziet u naast de foto van de ‘Schiedamse taartjeseters’ het icoontje van het interview met Frank van Ardenne over dit verzoek. Dit artikel verscheen op 28 augustus jl. op rijnmond.nl
AD: Rotterdamse advocaat twijfelt of notoire mondkapjesweigeraars wel boete kunnen krijgen
Lees de reactie van Remko Wijling in het AD over de mondkapjesverplichting op 6 augustus jl. op ad.nl.
Remko Wijling via RTV Rijnmond over mondkapjesplicht
Luister en lees de reactie van Remko Wijling op RTV Rijnmond over het aanvechten van coronaboetes op 5 augustus jl. op rijnmond.nl.
Mondkapjesverplichting – Remko Wijling
Inmiddels is de tekst van de mondkapjesverplichting zoals die vanaf 5 augustus 2020 in Rotterdam gelden bekend. De bepaling gaat als volgt luiden:
1. Het is personen van 13 jaar en ouder verboden zich in door de voorzitter aangewezen gebieden of locaties te bevinden zonder een niet-medisch mondkapje te dragen. De voorzitter kan het verbod beperken tot bepaalde tijdvakken en kan bepaalde categorieën van inrichtingen geheel of gedeeltelijk van het verbod uitzonderen. Het verbod geldt niet in besloten plaatsen die zijn gelegen in de aangewezen gebieden of locaties.
2. De voorzitter kan categorieën van inrichtingen aanwijzen waar het dragen van een niet-medisch mondkapje voor personen van 13 jaar en ouder verplicht is. De voorzitter kan de aanwijzing beperken tot bepaalde gebieden en tot bepaalde tijdvakken. Het is personen van 13 jaar en ouder verboden zich in een op grond de eerste volzin aangewezen inrichting te bevinden zonder een niet-medisch mondkapje te dragen.
Of deze bepaling in een noodverordening houdbaar is, blijft de vraag. Verder dient er wel een medische noodzaak aan deze verplichting tot het dragen van een niet-medisch mondkapje ten grondslag te liggen.
Mondkapjes ook wettelijk gedragen? – Remko Wijling
Na de versoepeling van de beperkende maatregelen vanwege het coronarivus is de besmettingsgraad toegenomen. Deze toename leidde tot een oproep van de burgemeesters van Rotterdam en Amsterdam tot het voorbereiden van nieuwe beperkende maatregelen waaronder de verplichting tot het dragen van een mondkapje in de openbare ruimte.
Dat deze maatregelen op zichzelf nodig zijn om de gevolgen van het coronavirus in te dammen wordt gevolgd. Echter, dit valt of staat met een deugdelijke wettelijke grondslag voor handhavend optreden en een eenduidige opvatting over hetgeen medisch gezien noodzakelijk is aan maatregelen.
Daarvan is geen sprake. Een afdoende wettelijke grondslag is niet voorhanden. De spoedwet heeft vertraging opgelopen. Ook deze gaat uit van een medische noodzaak van een maatregel. Dit is niet eenduidig, getuige de reacties van minister Grapperhaus en de voorzitter van het Veiligheidsberaad Bruls.
Als er een medische noodzaak is, is de maatregel gerechtvaardigd. De spoedwet moet daarin dan voorzien en moet in werking zijn getreden. Een noodverordening is niet geschikt voor een meer permanente mondkapjesplicht.
Detailhandel Nederland publiceert FAQ inzake de coronamaatregelen
Zie het artikel op detailhandel.nl van 17 juli jl.
Per gemeente bestaan bij de handhaving van overtreden van de corona-noodverordeningen grote verschillen – Remko Wijling
Dat er per gemeente verschillen bestaan bij de handhaving van overtredingen van de corona-noodverordeningen was al langer bekend. Inmiddels is duidelijk geworden hoe groot deze verschillen zijn en deze vallen (zeer) fors te noemen.
Deze grote verschillen roepen weer de vraag op hoe houdbaar de uitgeschreven boetes zijn. Immers, er mag geen sprake zijn van willekeur. Daar lijkt echter wel sprake van te zijn als dezelfde noodverordening per gemeente verschillend wordt gehandhaafd. Het indienen van een verzetschrift valt dan ook nog steeds te adviseren.
Daar waar verder wel sprake is van een duidelijke overtreding, komt de discussie over de handhaafbaarheid van de noodverordeningen handhavend optreden ook niet ten goede. De behoefte aan een duidelijk maar vooral ook eenduidig handhavingskader blijft dan ook groot.
Zie nos.nl
Gelderlander: Burgemeesters worstelen met lachgas: ‘Een bredere aanpak is nu nodig’ – Remko Wijling
Lees de reactie van Remko Wijling in het AD over de aanpak van lachgas op 11 augustus jl. op gelderlander.nl.